We hadden eerder dit seizoen Suzanne te gast bij DTE. Je hebt haar ongetwijfeld gezien of ontmoet tijdens duikweekenden of bij het Gat van Waalre. Ze schreef ons een bedankbrief, die Thérèse voor haar heeft vertaald. Dankjewel Suzanne! Het was leuk om je in ons midden te hebben.
Een maand lang was DTE mijn adoptie-duikclub. Met 21 duiken gemaakt met de leden van de club tijdens deze maand, wil ik met dit bericht mijn dankbaarheid uiten.
Voor degene die ik geen kans had gehad om ze te ontmoeten, wil ik me graag even voorstellen en uitleg waarom ik er bij was. Ik heet Suzanne, ik ben Franco Marokkaanse en een nichtje van Therese. Ik ben een mariene bioloog, ik duik al vier jaar en ik wil volgend najaar in België aan een doctoraatsproefschrift beginnen. Om in België als wetenschappelijk duiker in het veld te kunnen werken, moet je een vrij zwaar brevet behalen, de Belgian Scientific Diving (BSD). Een van de vereisten voor deze opleiding is dat je zestien duiken hebt gemaakt in het jaar waarin je de certificering haalt. Toen ik me inschreef, had ik echter al bijna twee jaar niet meer gedoken.
Na enige overweging leek het me logisch om Thérèse en Erik-Jan, de enige andere duikers in de familie die ik kende, te bellen om hun hulp te vragen. Dus boden ze aan om me de tijd te geven die nodig was om me te helpen deze duiken te voltooien.
Ik arriveerde net op tijd om deel te nemen aan het eerste duikweekend van het jaar, dat plaatsvond van 2 tot en met 4 mei. De duiken van dat weekend waren mijn eerste ervaring in koud water, wat onvermijdelijk nieuwe sensaties met zich meebracht: ik rilde vaak onder water, had soms het gevoel dat ik in een te dik wetsuit werd geperst en had moeite om mijn drijfvermogen stabiel te houden in het oppervlaktewater.
Ondanks deze moeilijkheden was ik echter verbaasd (en laten we eerlijk zijn, positief verrast) over de Zeeuwse zeebodem. Zeesterren, krabben, garnalen, kreeften, naaktslakken… Ik ontdekte dat de Noordzee ook kleurrijk en wemelend van leven kan zijn! Bovendien had ik dat weekend de immense eer om Neptunus zelf te ontmoeten. Waardig en trots, met een griezelige gelijkenis met de Kerstman, doopte hij me, en ik beloofde hem, in gebrekkig Nederlands, voor zijn koninkrijk te zorgen. Ik besef dat het een komisch en symbolisch ritueel was, maar ik waardeerde het oprecht dat ik bij deze club traditie betrokken werd. Ik geloof dat ik me op dat moment echt welkom voelde in de gemeenschap.
Ook de duiken bij Gat van Waalre met Wilbert, op woensdagavond, verdienen het om genoemd te worden. Met water tussen de 4 en 5°C op diepte en een zicht van enkele centimeters aan de oppervlakte, zal ik ze nog lang onthouden! Ik heb er echter geen slechte herinneringen aan: ik herinner me alleen die mystieke sfeer, van zachtjes vinnen in het donker een autowrak zien opduiken in de stilte en duisternis, en daarna het warme gevoel toen ik eenmaal was aangekomen bij de bunker, kon ik mijn ervaringen delen met de andere leden van de club, gehuld in drie truien en een jas.
Tot slot, om deze maand in stijl af te sluiten, kreeg ik de kans om deel te nemen aan het tweede duikweekend van het jaar, dit keer kamperend. Dit weekend was mijn favoriete ervaring bij DTE, vol duiken en geweldige ontmoetingen. Ik ontmoette een aantal inmiddels bekende gezichten en had het genoegen nieuwe te ontmoeten. Ik zag sepia’s, sepiolas, veel kreeften en ik had zelfs het geluk een zeepaardje te ontmoeten. Ik vond het ook heerlijk om ’s avonds te kaarten, onder de kerstverlichting van de Baco-boys, met een gevoel van vermoeidheid. Het water was opgewarmd, het weer was mild en het gezelschap was goed. De ontspanning die duiken me geeft, urenlang praten over van alles en nog wat.
Wat me opviel aan DTE was het gevoel van delen. Ik kwam bijna zonder uitrusting aan, maar Thérèse, Erik-Jan, Patrick, Kadir, Simon, Lucas en vele anderen waren allemaal gul en voorzagen me van een complete duikuitrusting, autoritten, boeken, T-shirts, een tent en alles wat ik maar nodig kon hebben voor een maand in Nederland. Ik wil ook mijn vaste vertalers bedanken, evenals iedereen die de tijd nam om in mijn aanwezigheid Engels te spreken. Ik was ook onder de indruk van de organisatorische vaardigheden van het DTE-team tijdens de twee weekenden waaraan ik het geluk had deel te nemen. Bravo en bedankt aan de Baco-boys voor de organisatie, de maaltijden, de warme chocolademelk, de quizzen en voor de algehele goede sfeer die jullie weten te creëren.
En omdat ik weet dat het de oprichter blij zal maken: Lang leve Stab-Jack! Hartelijk dank allemaal voor alles wat jullie voor me hebben gedaan.
Suzanne
—————————–
En francais:
Pendant un mois, DTE a été mon club d’adoption. Avec vingt-et-une plongées réalisées avec les membres du club sur un mois, je souhaitais profiter de ce billet pour exprimer ma gratitude.
Tout d’abord, pour ceux que je n’ai pas eu la chance de rencontrer, j’aimerai me présenter et expliquer la raison de ma venue au club. Je m’appelle Suzanne, je suis franco-marocaine et je suis la nièce de Thérèse. Je suis une biologiste marine, plongeuse depuis quatre ans et j’aimerai débuter une thèse de doctorat en Belgique en automne prochain. En Belgique, pour travailler sur le terrain en tant que plongeuse scientifique, il faut passer une certification assez exigeante, le Belgian Scientific Diving (BSD). L’un des prérequis de cette formation est d’avoir réalisé seize plongées dans l’année où l’on passe la certification. Or, au moment de mon inscription, je n’avais pas plongé depuis près de deux ans. Après un temps de réflexion, il m’est apparu naturel de téléphoner à Thérèse et Erik-Jan, seuls autres plongeurs de la famille à ma connaissance, pour leur demander de l’aide. C’est donc ainsi, qu’ils m’ont proposé de m’accueillir le temps nécessaire pour m’aider à réaliser ces plongées.
Je suis arrivée pile à temps pour participer au premier week-end de plongée de l’année qui avait lieu du 2 au 4 mai. Les plongées ce week-end-là ont été ma première expérience en eau froide, ce qui s’est forcément accompagné de nouvelles sensations : j’ai souvent grelotté sous l’eau, eu parfois l’impression d’être engoncée dans une combinaison trop épaisse, rencontré des difficultés à maintenir une flottabilité stable à force de rester dans des eaux de surface. Cependant, malgré ces difficultés, j’ai été émerveillée (et soyons honnête, positivement surprise) par les fonds marins de Zélande. Etoiles de mer, crabes, crevettes, homards,
nudibranches… J’ai découvert que la Mer du Nord aussi pouvait être colorée et grouillante de vie ! De plus, lors de ce week end, j’ai eu l’immense honneur de rencontrer Neptune en personne. Digne et fier, ressemblant de manière troublante au Père Noël, il m’a baptisée et je lui ai promis, dans un néerlandais approximatif, de prendre soin de son royaume. Je suis consciente qu’il s’agissait d’un rituel à la fois comique et symbolique, mais j’ai sincèrement apprécié d’être inclue dans cette tradition du club et je crois que c’est à ce moment-là que je me suis vraiment sentie accueillie dans la communauté.
Il y a aussi eu les plongées au Gat van Waalre avec Wilbert, les mercredis soir qui méritent d’être mentionnées. Avec une eau entre 4 et 5° C en profondeur, et une visibilité de quelques centimètres en surface, je m’en souviendrai longtemps! Pourtant, je n’en garde aucun mauvais souvenir : je n’en retiens que cette ambiance mystique, de palmer doucement dans le noir pour voir surgir une épave de voiture dans le silence et l’obscurité, puis la sensation de chaleur quand, une fois arrivée au chalet, je pouvais partager mes expériences avec les autres membres du club, emmitouflée dans trois pulls et un manteau.
Enfin pour terminer ce mois en beauté, j’ai eu la chance de participer au deuxième week-end de plongée de l’année, en camping cette fois. Ce week-end a été mon expérience préférée à DTE, plein de plongées et de belles rencontres. J’ai retrouvé des visages désormais connus, eu le plaisir d’en rencontrer de nouveaux. J’ai vu des sepias, des sepiolas, de nombreux homards et j’ai même eu la chance de rencontrer un hippocampe. J’ai aussi adoré jouer aux cartes le soir, sous les guirlandes lumineuses installées par les Baco-boys, avec la sensation de fatigue. L’eau s’était réchauffée, le temps était doux et la compagnie était bonne.relaxante que me donne la plongée, en parlant de tout et de rien pendant des heures.
Ce qui m’a marqué chez DTE a été le sens du partage. Je suis arrivée presque sans matériel mais Thérèse, Erik-Jan, Patrick, Kadir, Simon, Lucas et beaucoup d’autres se sont tous montrés généreux, me fournissant une panoplie complète de plongeuse, trajets en voiture, livres, tee-shirts, tente, et tout ce qui pouvait m’être nécessaire pour passer un mois aux Pays-Bas. Je souhaite également remercier mes traducteurs réguliers, ainsi que toutes les personnes qui ont pris la peine de parler anglais en ma présence. J’ai également été impressionnée par la capacité d’organisation de l’équipe de DTE pour les deux week-ends auxquels j’ai eu la chance de participer. Bravo et merci aux Baco-boys pour l’organisation, les repas, chocolats chauds, quizz et pour la bonne ambiance générale que vous arrivez à
instaurer.
Et puisque je sais que ça fera plaisir à son fondateur: longue vie à Stab-Jack !
Merci sincèrement à tous pour tout ce que vous avez fait pour moi.
Suzanne